"Wat kan De Heus voor mijn bedrijf betekenen?"

18 december 2025
-
3 minuten

We zitten aan de keukentafel met Paul Damen, algemeen directeur van De Heus Voeders, en drie veehouders. In een ontspannen sfeer komen vele onderwerpen langs. Het veranderlijke overheidsbeleid is een terugkerend thema. Het belangrijkste agendapunt: wat verwachten veehouders van De Heus, naast goed voer maken?

Even voorstellen

Johan Stoop (60) heeft samen met zijn
twee zoons 250.000 vleeskuikens en
akkerbouw. Voor een tweede locatie zijn
ze bezig met vergunningen. Johan voert al
sinds 1988 van De Heus.

Jeroen van Schaik (34) runt een bedrijf met twee takken: 220 melkkoeien en 520 fokzeugen, elk op een eigen locatie, dicht bij elkaar. Zijn ouders wonen op het zeugenbedrijf, Jeroen en zijn jonge gezin
op de melkveelocatie. Ze voeren sinds
2004 van De Heus.

Niels Wassenaar (53) houdt 80 melkkoeien
met jongvee op een pachtboerderij op een
groot landgoed, een bosrijke locatie met
veel kleine percelen. Zijn zoon studeert in
Dronten en is geïnteresseerd in overname van
het bedrijf. Niels voert sinds begin 2025 van
De Heus.

Paul Damen (40) is algemeen directeur van
De Heus Voeders. Via de grondstoffenhandel
kwam hij bij De Heus terecht. Hij is gestart
als inkoper en doorgegroeid naar algemeen
directeur, waarbij hij verantwoordelijk is voor
het voerbedrijf in Noord-West Europa

Ik zie nu weer meer mogelijkheden voor dialoog tussen politiek, bedrijfsleven en boeren.

Paul Damen

Algemeen directeur De Heus, Nederland

Kennis brengen in de politiek

Na het voorstelrondje barst het gesprek direct los. Niels vindt dat grote spelers in de veevoersector, zowel coöperatief als particulier, zich best mogen roeren in de politiek. “Vooral om kennis te brengen, die mist in de Tweede Kamer. Naast belangenorganisaties zie ik ook een rol voor veevoerbedrijven. Zij hebben veel kennis van diervoeding, grondstoffen, bodem en stikstof. Wat mij betreft mogen ze die kennis inzetten. Stuur bijvoorbeeld alle nieuwe landbouwwoordvoerders uit de Tweede Kamer een uitnodiging voor een informatieve sessie, die je afsluit met een bezoek aan een of twee boerderijen.”

Johan sluit zich hierbij aan en benadrukt dat het bedrijfsleven wel op de achtergrond moet blijven. “Maar we moeten eerst maar eens kijken wat voor kabinet er komt.” Jeroen vult aan: “Het is wel belangrijk om met één stem te spreken. In de varkenshouderij en pluimveehouderij lukt dat al aardig, bij rundvee is het meer versnipperd.”

"We zijn weer actiever in contact met de overheid”, geeft Paul aan. “In de tijd van de boerenprotesten was dat lastiger. We kozen ervoor om op te komen voor onze klanten. Daardoor was de dialoog met de politiek lastiger. Ik zie nu weer meer mogelijkheden voor dialoog tussen politiek, bedrijfsleven en boeren. Dat doen we grotendeels via Nevedi, de brancheorganisatie van de veevoerindustrie. Dit is het moment, zeker nu er een opening lijkt in de stikstofdiscussie.”

“Als sector willen we ons meer laten horen op het gebied van beleid”, stelt Paul. “Kijk naar de opkoopregelingen. Dat is een dure methode die weinig effectief is. Dat wisten wij al lang, maar het lukte niet om dat over te brengen. Als De Heus pakken we binnen Nevedi een actieve rol. We gaan ons focussen op onderwerpen zoals mestverwerking, gebruik van Renure en voorkomen dat reststromen de energiesector in gaan. We gaan weer de verbinding opzoeken.”

Niels reageert: “Ik zie voor jullie ook een rol bij het in kaart brengen van het effect van maatregelen. Er wordt onvoldoende nagedacht over de gevolgen van nieuwe maatregelen. Want wat gebeurt er bijvoorbeeld met een gebied als veel melkveebedrijven stoppen? Wat gebeurt er met die grond?” Johan vult aan: “In Noord-Brabant krijgen akkerbouwers grond aangeboden van stoppende melkveehouders. Mooie melkveebedrijven worden gesloopt, het gras wordt gescheurd en er komen aardappels. En ook de waterschappen zijn niet blij dat veel grasland verdwijnt.” Niels vervolgt: “De overheid zou meer gebruik kunnen maken van kennis uit het bedrijfsleven, voor beter doordachte regelingen.”

V.l.n.r.: Paul Damen, Johan Stoop, Jeroen van Schaik, Kees Janssen en Niels Wassenaar.

Mestverwerking

Alle tafelgenoten zijn het erover eens dat mestverwerking een belangrijk item is op de sectoragenda. “Met de huidige kosten voor mestafzet, lost het probleem zich op de verkeerde manier op. Dan gaan er vanzelf bedrijven verdwijnen”, denkt Paul. Er is een gezamenlijke aanpak nodig, is de conclusie. Liefst met een consistente overheid aan het stuur... “Dit onderwerp nemen we als De Heus mee bij Nevedi en in gesprekken met de overheid.”

 

Blijven innoveren

“Als rundveehouder verwacht ik van mijn voerleverancier natuurlijk vernieuwing op het gebied van het voerspoor”, stelt Niels. “Als individuele veehouder is het lastig om via voer emissies te verlagen. Van jullie verwacht ik nieuwe voersoorten of technieken om de methaanuitstoot te verlagen. Bijvoorbeeld via kleinschalige proeven op praktijkbedrijven. En jullie voer moet natuurlijk aansluiten bij concepten in de markt, zoals On the way to PlanetProof en het Beter Leven keurmerk.” Verder verwacht Niels goede advisering. “Van een adviseur die kort op de bal zit, meedenkt en meekijkt. En die kritische vragen durft te stellen. Dat brengt mijn bedrijf verder. Maar dat werkt niet zo voor iedereen”, weet hij. De innovatie in de sector lijkt stil te staan, vindt Jeroen. “Als je rondkijkt op agrarische beurzen, zie je weinig innovaties.” Johan wijt dat ook aan de steeds veranderende wetgeving. “Als er geen stabiel beleid is, weet je niet waar je in moet investeren. Je gaat niet investeren in iets dat over twee jaar waarschijnlijk weer anders moet.”

Verbinding met maatschappij

Jeroen signaleert dat zijn omgeving nauwelijks begrijpt wat er op het boerenerf gebeurt. “Maar ik denk niet direct dat daar een taak ligt voor De Heus.” Niels vult aan: “De Heus hoeft geen grote campagnes te beginnen, maar ondersteuning bij open dagen kan natuurlijk wel.” Paul geeft aan dat die optie er inderdaad al is, net als een boerderij- bezoekbox voor kinderen.

 

Belangenbehartiging

Johan signaleert door Nederlandse regelgeving een ongelijk speelveld in de kuikensector. “In Nederland moeten onze reguliere kuikens aan veel eisen voldoen. In België gelden minder eisen, maar die kuikens liggen gewoon naast elkaar in de supermarkt. Dat voelt niet goed. Kan De Heus haar invloed niet gebruiken om te zorgen dat onze kuikens een plusje krijgen?” Paul geeft aan dat De Heus inderdaad in nauw contact staat met onder meer verwerkers. “Maar uiteindelijk beslist de eindklant, de supermarkt in dit geval.”

Bedrijfsontwikkeling

“Ik heb twee verschillende takken en denk er wel eens over na hoe ik mijn bedrijf verder kan ontwikkelen. Ik zou graag sparren met een adviseur die over het geheel meekijkt. Dus geen voervoorlichter of boekhouder, maar iemand die je helpt je bedrijf naar een hoger plan te tillen”, legt Jeroen uit. “Kan Agra-Matic daar iets in betekenen?” Paul herkent de vraagstelling: “De complexiteit van de landbouw neemt toe, grotere bedrijven, veranderende regelgeving, werken met personeel. Dat betekent dat de vraagstukken van veehouders veranderen. Agra-Matic heeft hiervoor inderdaad sparringpartners. Je eigen adviseur kan je verder helpen met wie binnen Agra-Matic het beste bij jouw vraag past.”

Tot slot

Niels vindt het nuttig dat de directie aan de keukentafel met klanten in gesprek gaat. “Zo hou je als directie een vinger aan de pols. Dat moet je nooit verliezen.” Jeroen besluit: “Het ondernemerschap dat De Heus uitstraalt, dat moeten jullie zeker behouden.”