Zo haal je deze winter het meest uit je voorjaarskuil

Rene Knook

Productmanager Rundvee

21 oktober 2021
-
2 minuten

In april was het koud, droog en zonnig. Het weidegras was hierdoor suikerrijk en enorm smakelijk. Door de lage temperatuur bleef bodemmineralisatie en grasgroei op een laag pitje. Hierdoor heeft slechts een enkeling in april de eerste snede gemaaid. Begin mei, de start van de traditionele maaimaand, draaide het weerbeeld. Een lange periode met wisselvallig weer brak aan met plaatselijk veel neerslag. Een moeilijke opgave om het juiste maaimoment te kiezen waarbij de factor geluk een rol speelde. Pas eind mei brak een lange droge en zonnige periode aan. Er stond plaatselijk al zeven ton droge stof per hectare waardoor de verteerbaarheid en het eiwitniveau van het gras fors zijn gedaald.

Veel suiker in de kuilen van april

De april-kuilen kenmerken zich door een gemiddeld eiwitniveau van 17%. Het aandeel suikers in deze kuilen is extreem hoog als gevolg van het droge, zonnige en koude weertype. Deze bladrijke kuilen bevatten nauwelijks structuur, zijn energierijk, en dus zeer snel. Dergelijke kuilen kunnen het best in combinatie met een latere structuurrijkere snede worden gevoerd om problemen met pensverzuring en verhoogde passage te voorkomen. Rustige krachtvoeders zoals Stabiel, Select en Royaal passen goed in rantsoenen met dergelijke kuilen. Daarnaast vormt bierbostel een welkome aanvulling.

Tips om optimaal uit je kuilen te voeren

  • Overweeg extreme kuilen gecombineerd op te voeren deze winter. Dit bevordert de benutting ervan en de gezondheid van je veestapel.
  • Zorg altijd voor voldoende voersnelheid.
  • Bepaal met je rundveespecialist het optimale oogstmoment van je mais.
  • Schakel tijdig met krachtvoeders op het moment dat je de kuil opent.

Natte kuilen in mei

In de traditionele maaiweken in mei zien we dat het gras in balans is gekomen wat betreft structuur en voederwaarde, met een optimale verteringscoëfficiënt van 79% en een eiwitniveau van 16%. Door het wisselvallige weer komt het gemiddelde droge stofgehalte echter niet boven de 25%. Daarbij zien we ook veel kuilen die in het water zijn gevallen met <20% droge stof. In natte kuilen is een groot deel van het graseiwit omgezet in ammoniak tijdens het conserveringsproces. Ammoniak is tot op zekere hoogte te benutten voor de vorming van microbieel eiwit in de koe. Er is echter ook behoefte aan voldoende werkelijk eiwit voor een optimale penswerking. Daarnaast zien we dat een groot deel van de suiker is omgezet in melkzuur. Deze melkzuurrijke kuilen zijn zeer smakelijk en melkdrijvend. Vaak zijn deze kuilen sneller verteerbaar dan de analyse doet vermoeden. Het melkvetgehalte zakt hierdoor. Voor een gezonde penswerking en ondersteuning van gehaltes is het raadzaam dergelijke natte kuilen in combinatie met een drogere structuurrijke kuil en/of hooi te voeren. Voeders die deze winter passen zijn Select, Royaal en Solide.

Zwaar en structuurrijk in juni

De snedes van begin juni zijn extreem zwaar en structuurrijk. Door de lage verteerbaarheid bevatten ze gemiddeld slechts 880 VEM. Ook het eiwit is als gevolg van verdunning gedaald tot 13%. Het droge stofgehalte is optimaal te noemen met 42%. Doordat de kuilen op veel plekken enorm hoog zijn geworden, ligt broei op de loer. Voldoende voersnelheid, een strak snijvlak en druk op de kuil is noodzakelijk om deze kuilen broeivrij te houden. Deze kuilen vragen een fikse aanvulling van eiwit en (snelle) energie om goed te verteren en de melkproductie op peil te houden. Een deel van het eiwit kan komen uit een late eiwitrijkere snede. Krachtvoeders die passen zijn ER-Tempo, Optimaal en Patent.

Figuur 1: VEMFiguur 2: RE-totaal (g/kgDS)

Over de auteur

Rene Knook

Productmanager Rundvee