Voordelen daglicht bij nieuwbouw en renovatie stallen

21 oktober 2015
-
3 minuten

Daglicht speelt sinds 2002 een belangrijke rol bij de ontwikkeling van nieuwbouw en bij renovatie van bestaande stallen. Daglicht biedt voordelen voor zowel u als ondernemer als voor de dieren in uw stal.

Voldoende daglicht draagt immers bijaan een efficiënte en prettige werkplek. Daarnaast heeft het een positieve bijdrage aan de optimale leefomgeving en productieomstandigheden voor de huisvesting van uw dieren. Kortom: het draagt bijaan het welzijn van de ondernemer én van de dieren die gehouden worden.

Daglicht loont

In het kader van de Maatlat Duurzame Veehouderij (MDV) wordt het aspect daglicht ook beloond. Niet alleen op het gebied van dierenwelzijn, maar ook op het gebied van energiebesparing. Hoe meer daglicht is geïnstalleerd, hoe minder de verlichting hoeft te branden. In het kader van de MDV wordt niet alleen gekeken naar wat nu de oppervlakte van de daglichtvoorziening is, maar kijkt men ook naar de positie (dak of gevel) en naar de lichtdoorlatendheid (transmissiefactor) van de daglichtvoorziening. Met onder andere deze factoren wordt een gestandaardiseerde oppervlakte berekend. Daglichtvoorzieningen in het dak worden beter beloond dan daglichtvoorzieningen in de gevel omdat de verspreiding hiervan egaler is. Ook wordt helder glas beter beloond dan melkglas (mat/opaal). Daglichtkokers worden ook beter beloond dan alle andere materialen.

Ontwikkelingen melkveesector

Tot het jaar 2002 werden nieuwbouwstallen vooral door het toepassen van lichtplaten in het dakvlak voorzien van daglicht. Deze lichtplaten waren toentertijd eenvoudig en enkelwandig uitgevoerd en hadden veelal last van verkleuring waardoor de effectiviteit in de loop der jaren steeds minder werd. Licht en lucht via de oude koepelnok bleken vanaf het begin van deze toepassing al een probleem te zijn. Ook aan de lichtdoorlatendheid van windzeilen werd tot 2002 eigenlijk nauwelijks aandacht besteed. En dat terwijl uit diverse onderzoeken is gebleken dat een daglichtperiode van 16 tot 18 uur en een donkere periode van 6 tot 8 uur optimaal zijn voor melkkoeien.

Sinds 2002 heeft er een enorme omslag plaatsgevonden in het gebruik maken van gratis daglicht in nieuwe rundveestallen. Zo werden in 2003 de eerste stallen uitgevoerd met wit transparant windzeil. Een enorme vooruitgang met betrekking tot de daglichtvoorziening, echter wel gevoelig voor vervuiling. Daarom zijn er sinds 2011 transparante windzeilen op de markt die aan de buitenkant zwart of groen gekleurd zijn waardoor eventuele vervuiling minder opvalt. Van de eerdergenoemde koepelnok is in 2002 afscheid genomen en zijn er allerleivarianten met dubbelwandige lichtplaten of polycarbonaatplaten op de markt gebracht. In 2007 heeft Agra-Matic zelf een nok ontwikkeld, de schaduwnok, die veel wordt toegepast omdat de lichtplaten aan de noord- of oostzijde van de stal wordt geplaatst. De kans op warmte-instraling wordt hierdoor geminimaliseerd. Afhankelijk van de stalbreedte is een schaduwnok tot een breedte van vier meter te realiseren. Een serrestal is het optimum wat betreft daglichttoetreding. Om warmte-instraling te voorkomen wordt een schaduwdoek toegepast op het transparante zeil.

De meest recente ontwikkeling betreft de zogenaamde ‘Lightroof’. Een nieuw type lichtdoorlatend dak bestaand uit een driewandige polycarbonaatplaat die UV-bestendig, brandwerend en slag- en hagelvast is. Dit dak is toegepast met de hoogste warmtewerendheid en voldoet volledig aan de verwachtingen. Deze nieuwe ontwikkeling is ook prima toe te passen bijde renovatie van asbestdaken.

Ontwikkelingen varkenssector

Zowel de varkenshouder als het varken zijn gebaat bijlicht in de stal. Varkens moeten een dag- en nachtritme volgen en om zich heen kunnen kijken. Ze mogen daarom niet permanent in het duister worden gehouden. In varkensstallen moet ten minste acht uur per dag een minimale lichtintensiteit van 40 lux zijn. Dit wordt verticaal op dierhoogte gemeten. Bovendien moet de verlichting goed verdeeld zijn, een EU eis. De verlichtingssterkte mag worden gerealiseerd met zowel kunstlicht als daglicht. Varkenshouders hebben voldoende licht nodig voor het prettig en zorgvuldig kunnen uitvoeren van de werkzaamheden, zoals de controle van de dieren en het uitvoeren van behandelingen.

Afbeelding: Optimale lichtaanval in zaagtandstal

Waarom daglicht?

Bij nieuwbouw van varkensstallen wordt steeds meer gevraagd naar opties voor daglichttoetreding door gevels, bijvoorbeeld door ramen en lichtstraten. Daarvoor bestaan verschillende redenen. Daglichttoetreding in stallen wordt gezien als een extra bijdrage aan het welzijn van varkens en levert tevens een besparing op het elektriciteitsverbruik voor verlichting. In de eerdergenoemde MDV levert het toepassen van twee, drie of vijf procent lichtdoorlatend oppervlak in gevels of daken punten op in zowel de maatlatten dierenwelzijn, diergezondheid als energie. Het toepassen van daglichttoetreding draagt daarmee substantieel bijom in aanmerking te komen voor de MIA/VAMIL-regeling. Dit maakt het voor varkenshouders bedrijfseconomisch gezien aantrekkelijk om een deel van de lichtbehoefte in te vullen met daglicht.

Ook draagt daglichttoetreding bijaan het eigen welbevinden en werkplezier. Lichtstraten en of ramen in de gevels van stallen geven verzorgers in de stal een minder opgesloten gevoel en een indruk van het weer, het landschap, het seizoen en het tijdstip van de dag. De markt vraagt in toenemende mate om daglichttoetreding in varkensstallen, welke naar de omgeving een uitstraling geven van transparantie en openheid. Een stal zonder ramen kan ten onrechte het gevoel oproepen dat varkens opgesloten zitten of dat er in de stal zaken plaatsvinden die door buitenstaanders niet gezien mogen worden.

Knelpunten

Wat zijn nu precies de knelpunten die ervaren worden? In bestaande oudere stallen werd aan het eind van de controlegang een raam in de muur gemetseld. Directe zoninstraling kan bijvoorbeeld zorgen voor te hogere temperaturen in de hokken nabij het raam. Dit kan leiden tot hokbevuiling, hittestress en een lagere voeropname door de varkens. Dit speelt vooral bij individuele huisvestingsystemen waar de dieren maar een beperkte ruimte ter beschikking hebben en niet de mogelijkheid hebben een ander plekje op te zoeken, zoals bijgroepshuisvesting. Op de ramen kan condensvorming optreden, wat vervuiling van het raam en vliegvorming in de hand werkt. Ramen kunnen zorgen voor ongewenste opwarming, maar kunnen in de winter ook een koudebrug vormen. In beide gevallen kunnen temperatuurverschillen door de afdeling optreden die het ventilatiepatroon kunnen verstoren. Enkele mogelijkheden om nadelen van direct zonlicht te ondervangen zijn:

- Ramen aanbrengen aan de schaduwzij de stal;
- Groensingel aan zonzijde van de stal;
- Dakoverstek verlengen;
- In stalontwerp kiezen voor lichtstraat hoog in de zijgevel;
- Helder glas voorzien van foliemateriaal dat UV-licht filtert of toepassen van UV-werend glas;
- Aanbrengen van light shelves (lichtplanken) aan binnenzijde ramen;
- Plaatsen van oplierbaar zeil voor ramen;
- Ramen in de zomer bekalken.

Ontwikkelingen pluimveesector

Het aspect daglicht is in de pluimveehouderij al langer punt van aandacht. Allereerst in de legsector, maar sinds korte tijd ook in de vleessector. Vooral vanwege dierenwelzijn wordt er steeds meer nadruk op daglicht gelegd. Omdat kippen zeer visueel zijn ingesteld kunnen ze meer soorten licht onderscheiden dan mensen en nemen ze ook hogere lichtfrequenties (flikkeringen) waar, zelfs wanneer wijmensen dit als continu licht ervaren. Daarnaast blijkt uit diverse onderzoeken dat daglicht het natuurlijk gedrag van kippen, zoals scharrelen, fourageren en stofbaden, stimuleert.

In de pluimveehouderijzijn er drie vormen van daglichttoetreding, te weten:

1. Daglicht via de zijgevel
2. Daglicht via het dak
3. Daglicht via daglichtkokers

De wet- en regelgeving gaat ook steeds verder in op het aspect daglicht in de pluimveehouderij. In de wet is het voor biologisch pluimvee verplicht om daglichtvoorzieningen aan te brengen. Voor bedrij ven die de mogelijkheid willen hebben om eieren te leveren aan Duitsland dient er volgens de KAT-normen bijlegkippen minimaal drie procent van de vloeroppervlakte als daglichtvoorziening aanwezig te zijn. Het SKAL verplicht tot ‘voldoende daglicht’ bijbiologisch gehouden dieren. In de vleeskuikensector ligt momenteel veel nadruk op alternatieve houderij- systemen, waaronder scharrelvleeskuikens. Er zijn verschillende systemen ontwikkeld met ieder andere eisen. Een veel terugkomend aspect is de daglichtvoorziening welke verplicht wordt gesteld. De eisen hieraan verschillen per houderijsysteem, maar zijn te vergelijken met die van de legsector.

Afbeelding: Uitsparing pluimveestal ten behoeve van lichtnok