Salmonella-bestrijding loont

30 juni 2016
-
3 minuten

Recent onderzoek op de Vlierbos, het vleesvarkens-onderzoeksbedrijf van De Heus, naar de relatie tussen Salmonella en de groei van vleesvarkens, leverde een onverwachts resultaat op. Het bleek dat de zwaarst opgelegde biggen het minst gevoelig waren voor de infectie en een betere groei lieten zien.

Opleggewicht bepaalt vatbaarheid

De mate van Salmonellabesmetting wordt bepaald aan de hand van het Optical Density-percentage (titer). Dit percentage geeft de hoeveelheid antistoffen tegen Salmonella in het bloed weer. In het onderzoek hadden bijna alle biggen bij opleg een titer die lager was dan 10 en waren daarmee negatief. Daarna volgde een snelle stijging. Biggen met een opleggewicht onder de 20 kg hadden 5 weken na opleg een titer van 61, terwijl zwaardere biggen slechts op een titer van 23 uitkwamen. Steeds meer slachterijen vragen om lage Salmonella titers, ze spreken van een positieve uitslag bij titers van boven de 40.

Betere groei bij minder Salmonella

Biggen met een beperkte titerstijging lieten een betere groei zien. Dieren waarbij de titerstijging beperkt bleef tot maximaal 60, groeiden in het traject tussen 10 en 25 weken oud maar liefst 64 gram meer, dan biggen met een hogere titerstijging. Dit toont aan de het bestrijden van Salmonella kan bijdragen aan betere technische resultaten. De gegevens zijn ook gepresenteerd op het IPVS congres 2016 in Dublin, het tweejaarlijkse wereldcongres voor varkensdierenartsen.